De inbreker

Natuurlijk is het altijd leuk om bij Valin te logeren, maar deze avond kan ik echt niet besluiten om in mijn eigen kamer te slapen. Dat zou toch logischer zijn. We moeten morgen allebei heel vroeg op en extra fietstochtjes maken de nacht alleen maar korter. “Luister gewoon naar je gevoel, dat is belangrijk,” helpt hij mij een beslissing te nemen. Al snel zijn we op weg naar zijn huis.

De volgende ochtend fiets ik  weer naar mijn eigen huisje. De kippen zijn al wakker. Ze krijgen een flinke hand voer. Er zijn verse eitjes. Met deze vondst in mijn handen, open ik de achterdeur. Vreemd dat die dicht is trouwens. Op het krakende geluid van de schanieren, zet mijn huisgenote Guusje het op een oorverdovend krijsen. Zodra ze mij in het vizier krijgt, valt ze stil en biedt haar excuses aan. Al snel blijkt uit haar relaas dat er die nacht een inbreker geweest is. Ze zat er net aan te denken tijdens haar ontbijt en vroeg zich af wat ze zou doen als die terugkwam. Toen kwam ik ineens binnenvallen.

Ze vertelt dat Philipp die nacht  naar het toilet ging en verdachte beweging in huis spotte. Gewapend met een bijl, is hij toen samen met Anna op zoek gegaan naar de veroorzaker,maar die bleek al ontsnapt via een openstaand raam. Met achterlating van een penetrante wietlucht. En een hoop rotzooi. Overal zijn lades en kastjes opengetrokken. De spullen liggen op de grond. Mijn kamer heeft ook bezoek gehad. Ik ben blij dat ik daar niet lag te slapen. Een vlugge blik op de chaos, vertelt mij dat er niets essentieels mist. Alles is er gewoon nog. Ook de inhoud van het gangkastje blijkt intact. Ik ruim alles maar weer op. Waar was de inbreker toch naar op zoek?

Toegeven, echt veel waardevols is er ook niet te vinden in ons boerderijtje. Hier een daar een oude labtop misschien. Een verdwaalde telefoon die alle moderne functies mist. Gereedschap dat je op iedere rommelmarkt kunt vinden. Wat moet je daar als inbreker mee? Vandaar dat we de deuren zelden afsluiten. De achterdeur kan niet eens op slot. Toch voelt het vreemd dat een onbekende in onze spullen heeft zitten rommelen.

Guusje graait in de broodtrommel, op zoek naar boterhammen om haar ontbijt voort te zetten. Die blijkt echter leeg, terwijl er een vers gebakken brood in zou moeten liggen. Had de inbreker honger misschien? Een kijkje in de koelkast bevestigt dat vermoeden. De worst die Valin bij ons had achtergelaten, blijkt eveneens verdwenen.  Het was dan ook een unicum in ons vegetarische huishouden.

Een buurman die het verhaal hoort, doneert ons gelijk een achterdeur met slot. Hoewel de deur passend gemaakt mag worden en het dus  nog wel even zal duren voor die wordt geïnstalleerd, voel ik de volgende nacht geen weerstand om in mijn eigen bed te slapen. Kleine kans dat de inbreker nog eens om een brood met worst komt.