Op reis

Erin is het er absoluut niet mee eens dat ik een tijdje de stad uitga. Natuurlijk zal ik hem missen, maar toch, het avontuur roept. Met een groep vrienden mag ik de backstage keuken gaan doen op een festival. Een van de dingen die daar bij hoort is het pakken van mijn tas. Hoewel ik eerder maanden uit alleen mijn tas leefde, heb ik nu geen idee wat mee te nemen. Uit ervaring weet ik dat het onderweg altijd zo is dat ik iets nodig meen te hebben wat niet in mijn tas zit en dat er tevens altijd een andere oplossing voor handen is. Kwestie van creatief zijn, beetje geluk hebben en soms gewoon flink afzien. Erin is ook creatief geweest. Hij zit me geamuseerd aan te kijken. Ik heb net de tent en mijn backpak van onder het bed vandaan gehaald. Er zit een wel heel bekende geur aan. Erin, die liever de hele dag zijn plas ophoudt dan dat hij binnen moet plassen, heeft blijkbaar bij hoge uitzondering besloten op mijn tas en tent te urineren. Wat zijn beoogde doel is, kan ik niet zegen. Misschien hoopte hij dat ik zou besluiten dat die stinkende spullen niet mee kunnen en het beter is thuis te blijven, misschien ook wilde hij zich er van verzekeren dat ik hem niet zou vergeten. Ik hang het spul even buiten en ga gewoon door met pakken. Erin is verder erg behulpzaam. Hij inspecteert de tas van binnen en alles wat ik mee wil nemen wordt uitgebreid besnuffeld. Dan blijkt de compressiehoes van mijn slaapzak kwijt te zijn. Ook de lakenzak voor in de slaapzak is nergens te bekennen. Ik sta voor een raadsel. Fronsend kijk ik Erin aan. Als hij er iets mee heeft uitgehaald, is hij erg grondig te werk gegaan. Er zit niks anders op dan de slaapzak maar gewoon zo in mijn tas proppen. De volgende ochtend geef ik Erin een afscheidsknuffel en als ik er vandoor ga, springt hij het dak op. Mijn huisgenoten zullen voor hem zorgen.

11 dagen later kom ik weer thuis. Natuurlijk vraag ik gelijk naar Erin. Die blijkt al die tijd niet gesignaleerd te zijn. Nu ja, een huisgenoot heeft wel ooit een glimp van hem opgevangen, maar ik zie al snel dat de brokjes haast onaangeroerd zijn. Dat belooft niet veel goeds. Ik ga natuurlijk gelijk zoeken, maar ik ben zo moe dat ik het op moet geven. Uitgeput en verdrietig val ik in slaap. De volgende dag is er nog geen spoor van Erin. Met een paar vriendinnen maak ik briefjes om de buurt te informeren. Ik bekijk een lijst nummers om vermiste huisdieren op te geven, maar kan me er niet toe zetten te bellen. Ook niet om de briefjes daadwerkelijk te verspreiden. Dat is zo iets definitiefs. Alsof die dan pas echt kwijt is en nu nog ieder moment door de raam naar binnen kan komen springen. Dat is niet echt te verwachten. Hij is immers al 12 dagen weg. Maar dan gebeurt toch een wonder: Erin komt terug van zijn reis! Enthousiast miauwend en luid knorrend komt hij op mij afgerend. Hij is broodmager, maar verder helemaal gezond. Intens gelukkig neem ik hem in mijn armen.