Niet zo uitgekookt

Vandaag heb ik een dagje vrij van het vegetarisch-biologisch restaurant waar ik als kok/trajectbegeleider werk. Een mooi moment om wat potjes te steriliseren, zodat ik ze later kan gebruiken voor kruidenbereidingen. Het pannetje glas met water en zout staat nog maar net op het vuur als mijn moeder langs komt. Van een vriendin heeft ze en enorme lading komkommers gekregen. Of ik misschien iets met die dingen kan, wil ze weten. Ik werp een blik op de uit de kluiten gewassen vruchten. “Dat komt wel goed,” beloof ik haar. Blijkbaar betekent mijn vrije dag geen dagje zonder koken.

De schil van de komkommers is al helemaal hard. Die gaat er als eerste af. Wanneer ik er een doorsnijd, blijken de zaden ook van dusdanige porporties dat ik ze beter verwijder. Na het schoonmaken is er nog altijd een enorme berg vruchtvlees over. Gelukkig heb ik nog een aantal flessen appelazijn staan van de azijn die ik vorig jaar heb gemaakt. Deze heb ik op kruiden laten trekken, zodat die extra smaakvol is. Dat komt nu goed van pas. In de grote bak fijngesneden komkommer giet ik de flessen leeg, zodat het zuur er in kan trekken.

In de tuin zijn een hoop boontjes die geplukt mogen worden. Terwijl de komkommers van hun zuurbad genieten, ontdoe ik de bonenstruiken van hun huidige oogst. De vele bloemen beloven dat er nog een hoop bonen gaan komen. De zaden waar de planten uit zijn komen groeien, heb ik ooit in Dresden gevonden. Toen had ik maar enkele zaden, die ik heb laten bloeien en groeien om aan meer zaad en dus meer bonenplanten te komen. Nu is er eindelijk genoeg oogst om van te kunnen eten. Mijn moeder gaat enthousiast aan het boontjes blezen.

Een deel van de komkommer gaat met de azijn in wekflessen. De potten zijn tot een stukje onder de rand gevuld. Goed afgesloten gaan ze in een wekpan met water, zodat ze onder komen te staan. Dat gaat een tijd staan koken en dan mogen de wekflessen afkoelen in de pan.

Er is nog steeds veel komkommer over. Wellicht een goed idee om piccalilly te maken. Ergens vind ik een rijpe courgette. Uien liggen er nog. En een stuk Gember. Eigenlijk had ik gehoopt dat de Gember zou gaan groeien, maar dit stuk heeft daar duidelijk geen zin in. Daarom mag het nu meedoen met de piccalilly. Kerrykruiden gaan er in. Wat rozijntjes om het zoeter te maken en Stevia. Een wortel. Al gauw staat er een flinke pan azijn met groenten te koken. Als het gaar is, bind ik de saus met maïzena en voeg ik 2 potten mosterd toe. Het warme goedje gaat in steriele potten. Daar gaan we nog lang plezier van hebben.

This entry was posted in Blog and tagged , , , , , , , , , , , . Bookmark the permalink.

Reply

Your email address will not be published.

You may use these HTML tags and attributes: <a href="" title=""> <abbr title=""> <acronym title=""> <b> <blockquote cite=""> <cite> <code> <del datetime=""> <em> <i> <q cite=""> <s> <strike> <strong>